Artikel
Ingrediënten: 2 à 3 grote zoete uien, enkele teentjes look, extra vierge olijfolie, niet-bloemige aardappelen, krielaardappelen zijn het meest geschikt, tonijn in eigen nat in blik, 4 à 5 eieren.
Voor de bereiding is er enerzijds een diepe pan nodig en anderzijds een grote kom.
Bedek de bodem van de pan royaal met olijfolie. Snij de uien en de look fijn. Stoof ze zachtjes aan in de pan. De uien en de look mogen niet bruinen! Snij de aardappels in blokjes en voeg ze toe. Laat alles zachtjes garen. Dat kan een tijdje duren!
Klop de eieren licht in een aparte, ruime kom. Voeg daar voorzichtig het aardappelmengsel met ui en look aan toe. Meng er de stukjes tonijn onder.
Controleer of er nog voldoende olijfolie in de pan is. Giet alles terug in de pan.
Laat het mengsel op een zacht vuurtje garen. De tortilla is klaar als het eimengsel gestold is. Versnipper wat bieslook of waterkers op de tortilla, druk er zachtjes op zodat de stukjes in het eimengsel komen te zitten. Zet tenslotte de pan eventjes onder de grill tot er zich een mooie goudgele korst vormt. Laat eventjes afkoelen vooraleer uit de pan te nemen. Serveer warm, lauw of koud met wat brood en andere tapas.
Tapas tapas tapas...
Hierbij een selectie van tapas! Geproefd door vrienden en familie, jong en oud én meer dan goedgekeurd.
ˇ queso manchego, jong of belegen
ˇ jamón serrano de ibérico
ˇ pâté de pata negra, een zeer lichte en smaakvolle pâté, een ware aanrader
ˇ pimientos rellenos: rode pepertjes gevuld met een roomkaas
ˇ rivierkreeftjes in olijfolie met safraan
ˇ boquerones: ansjovis in olijfolie met wat versnipperde look en peterselie
ˇ aceitunas: olijven op alle mogelijke wijzen bereid of gevuld
De dónde viene la tortilla...
La leyenda dice que fue el general Tomás de Zumalacárregui quien, durante el sitio de Bilbao (1833 – 1840 ), inventó la tortilla de patatas como plato sencillo, rápido y nutritivo con el que saciar las penurias del ejército carlista. Aunque se desconoce si es cierto, parece ser que la tortilla comenzó a difundirse durante las primeras guerras carlistas (siglo XIX). Otra versión de la leyenda afirma que lo inventó una anónima ama de casa navarra, en cuya casa paró el mencionado Zumalacárregui. La señora, que era pobre y lo único que tenía eran huevos, cebolla y patatas, acabó haciendo un revuelto con todo ello, revuelto que gustó mucho al general, que luego la popularizaría.